SLONSK – Groothertog Henri van Luxemburg heeft vrijdag samen met premier Xavier Bettel in Polen de herdenking bijgewoond van de moord op de gevangenen van concentratiekamp Sonnenburg, 100 kilometer ten oosten van Berlijn. In de nacht van 30 op 31 januari 1945 werden daar 819 gevangen omgebracht, onder wie 91 jonge Luxemburgers.
Nooit eerder waren er zo veel Luxemburgers op één dag en op één plaats omgekomen. Sonnenburg neemt dan ook een speciale plaats in de Luxemburgse geschiedenis in. De ‘Lëtzeburger Jonge’ hadden dienst in het Duitse leger geweigerd en werden afgevoerd naar Sonnenburg dat tegenwoordig tot Polen behoort en Slonsk heet.
In het kamp, een voormalig tuchthuis, zaten voornamelijk deserteurs, verzetsstrijders en dienstweigeraars uit de bezette gebieden, zoals Luxemburg, Noorwegen, België en Nederland. De SS doodde in de januarinacht 819 gevangenen. Twee maanden later werd het kamp door het Rode Leger ingenomen. Er waren geen gevangenen meer.
Eerder deze week waren erfgroothertog Guillaume en zijn vrouw Stéphanie bij de internationale herdenking van de bevrijding van concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau. In het voormalige kamp wijdden ze ook een nieuwe Luxemburgse plaquette in. Henri en groothertogin Maria Teresa waren diezelfde avond bij het concert ter herdenking van de Holocaust in Luxemburg-stad.
