Het Maleisische koningspaar, sultan Abdullah en zijn vrouw Azizah, heeft maandagochtend in de administratieve hoofdstad Putrajaya de alternatieve viering van de 63e Maleisische onafhankelijkheidsdag bijgewoond. Vanwege de maatregelen om verspreiding van het coronavirus in te dammen, waren de activiteiten beperkt en was er op Dataran Pahlawan Negara – het plein van de nationale helden – ook geen publiek toegelaten.
De gebruikelijke militaire parade bleef eveneens achterwege. Maar de verschillende onderdelen van de strijdkrachten hadden eerder wel op eigen terrein gemarcheerd en de opnamen daarvan werden op een groot scherm getoond aan het koningspaar en de selecte groep genodigden in Putrajaya. De beelden werden ook op televisie uitgezonden.
De Yang di-Pertuan Agong, zoals de titel luidt van de koning, sultan Abdullah, hield wel zijn traditionele toespraak. Daarin besteedde hij onder meer aandacht aan de inspanningen en opofferingen van de Maleisische bevolking in de strijd tegen het coronavirus, daarbij verwijzend naar het thema van de nationale feestdag: Malaysia Prihatin – Maleisië geeft om elkaar. Hij bedankte de bevolking voor de veerkracht en vastberadenheid om de tegenslagen van de afgelopen maanden het hoofd te bieden.
Sultan Abdullah benadrukte ook het belang van het navolgen van de vijf uitgangspunten van de op de onafhankelijkheidsdag in 1970 geformuleerde nationale filosofie, Rukun Negara. “De vijf principes van Rukun Negara vormen de formule van hoe mensen van verschillende rassen, religies, culturen en talen verschillen en diversiteit kunnen overwinnen om in vrede en harmonie te leven”, aldus de koning. “Inderdaad, vrede en harmonie in een multiraciale samenleving vormen de ruggengraat van de kracht van ons land.”
