Moet koning Albert II van België de resultaten van zijn DNA-test binnenkort vrijgeven? Die vraag lag vrijdag op tafel bij het hoogste rechtscollege van België, het Hof van Cassatie, in de zaak van Delphine Boël.
De 51-jarige Boël wil worden erkend als de biologische dochter van Albert, met wie haar moeder, Sybille de Selys Longchamps, in de jaren zestig een affaire zou hebben gehad. Vrijdag boekte ze een belangrijke overwinning. De advocaat-generaal van het Openbaar Ministerie pleitte vrijdag bij het hof om de cassatieberoepen van Albert te verwerpen. Op een beslissing van het Hof moet Boël, die de zitting zelf bijwoonde, nog wachten tot 13 december.
Voor de gepensioneerde vorst van België is het Hof van Cassatie zijn laatste hoop, omdat hij het niet eens is met twee eerdere arresten. Daarin had de rechter geoordeeld dat Jacques Boël niet de wettelijke vader was van Delphine Boël en dat Albert II een DNA-analyse moet ondergaan. Dat de advocaat-generaal nu heeft geadviseerd om de beroepen van Albert II te verwerpen, kan goed nieuws zijn voor Boël. De overwinning is echter geen zekerheid voor de kunstenares, want het Hof hoeft dat advies niet volgen. Boël wilde na de zitting niet reageren.
Koning Albert heeft op 28 mei met wangslijm al genetisch materiaal afgestaan. De resultaten van het onderzoek blijven echter nog even geheim. Op 13 december doet het Hof uitspraak. Als de hoogste rechter de cassatieberoepen inderdaad verwerpt, gaat de zaak terug naar het Brusselse hof van beroep. Die zal dan in de weken erna beslissen of het DNA gematcht moet worden met dat van Delphine. Dan weet zij na zeven jaar procederen of zij de biologische dochter is.