LONDEN – Prins Charles is van plan om deze week een aantal kledingstukken, dekbedden en tapijten te verbranden in de tuin bij Clarence House. Dat meldt Daily Mail. Charles wil met dit bijzondere experiment aantonen dat wol een stuk veiliger in het gebruik is dan synthetische stoffen als acryl, nylon en polyester.
Volgens de tabloid wil de prins dat het Britse volk meer kleding van wol aanschaft. Hij ziet wol als chic, milieuvriendelijk en duurzaam, in tegenstelling tot de genoemde synthetische stoffen. Charles zou bovendien zijn geschrokken van de vele zelfmoordgevallen onder schapenboeren, van wie de levens op hun kop kwamen te staan ten tijde van de mond-en-klauwzeer-crisis. En ook zou meespelen dat goedkope synthetische kleding vaak in het buitenland door kinderhanden is gemaakt.
De demonstratie die de prins in gedachten heeft, is vooral gericht op de brandveiligheid. Charles wil laten zien dat wol van nature brandwerende eigenschappen heeft. Als op door de mens gemaakte vezels bijvoorbeeld een brandende sigaret terechtkomt, is de kans aanwezig dat het hele kledingstuk in vlammen opgaat, met alle gevolgen van dien. Bij kleding van wol zou de schade beperkt blijven tot wat nasmeulende stof. De brandweer van Londen juicht het initiatief van Charles toe.
De Britse troonopvolger spant zich als beschermheer van de zogeheten Campaign For Wool al jaren in om het gebruik van wol te stimuleren. Hij zal deze week ook nog twee truien begraven: eentje van wol en een van synthetische stof. Over vier maanden worden beide kledingstukken weer opgegraven, om te laten zien dat wol veel beter is voor het milieu. Dan wordt namelijk duidelijk dat de wollen trui weg aan het rotten is, maar het synthetische exemplaar zal nog grotendeels intact zijn.
