Prinses Kako heeft vrijdag in het Nationaal Kunstcentrum in Tokio een bezoek gebracht aan de bijzondere tentoonstelling ‘Schatten uit Boedapest’. Deze expositie markeert de 150e verjaardag van van de diplomatieke betrekkingen tussen Japan en Hongarije.
Prinses Kako (25) bracht in dat kader vorig jaar september al een bezoek aan Hongarije. Dat was meteen ook de eerste buitenlandse reis van de tweede dochter van kroonprins Fumihito, die ook Akishino wordt genoemd. Naast Hongarije bezocht ze ook Oostenrijk. De diplomatieke relaties werden destijds immers aangegaan met de Habsburg-dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije.
Op de tentoonstelling in Tokio zijn 130 Hongaarse en andere Europese meesterwerken samengebracht uit twee vooraanstaande Hongaarse musea. Er zijn schilderijen bij van Cranach, Titiaan, El Greco, Renoir en Monet en van verschillende Hongaarse schilders. De prinses kreeg een privérondleiding en poseerde bij een werk van Szinyei Merse Pál, Lady in Violet uit 1874.
Voor de expositie was het de tweede keer dat er keizerlijk bezoek kwam. Prinses Tsuguko was begin december bij de opening.
