Gevangenismedewerkers “verdienen lof en dankbaarheid” volgens koning Willem-Alexander. Dat zei hij donderdagmiddag tijdens een digitaal werkbezoek aan de vrouwengevangenis Ter Peel in het Limburgse Evertsoord.
De 16.000 medewerkers van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) moeten volgens Willem-Alexander echt een roeping hebben om dit zware werk te doen en zo goed mogelijk te zorgen voor mensen die weliswaar een straf moesten uitzitten, maar ook een nieuwe kans verdienden. Hij vindt dat Nederland een stelsel heeft waarop “we heel trots kunnen zijn.”
Het was niet de eerste keer dat hij een kijkje nam in een gevangenis, zo zei Willem-Alexander, maar hij vroeg zich af of hij tijdens het virtuele bliksembezoek van een uur een goed beeld had gekregen van een penitentiaire inrichting in coronatijd. Personeelsleden en gedetineerden vertelden de koning over de gevolgen van de coronapandemie voor hun werk en hun verblijf in de penitentiaire inrichting.
Tijdens het bezoek werd Willem-Alexander vanuit de bezoekersruimte, waar gedetineerden nu bij visites achter plexiglas zitten, meegevoerd naar verschillende leefruimten in de gevangenis. Op de gang van het cellenblok ging de koning in gesprek met vijf gevangenen. Rode draad was steeds de maatregelen die vanwege de coronapandemie genomen moesten worden, zoals verplichte quarantaine voor nieuwkomers en na thuisbezoek, het al dan niet dragen van mondkapjes, het risico op besmetting, het vaccinatieprogramma in de inrichting en hoe om te gaan met eventuele besmettingen.
Ter Peel kende maar één besmetting, van een arbeidsmedewerker. Dat leidde er vorig jaar toe dat veertig gedetineerden in quarantaine moesten: 23 uur op cel blijven en maar een uurtje luchten en geen onderling contact. Gevangenisdirecteur Arend de Korte liet de koning een cel van tien vierkante meter zien. “In zo’n quarantaine is zo’n ruimte klein.”
