Koning Willem-Alexander en koningin Máxima hebben maandagmiddag ieder een steentje gelegd bij het Namenmonument in de Oostenrijkse hoofdstad Wenen. Ze deden dit na afloop van een rondleiding door het monument.
Het koningspaar begon het bezoek aan het Ostarrichipark met een kranslegging en een moment stilte. Het ovaalvormige monument werd in november vorig jaar onthuld en bevat de namen van de 64.000 Oostenrijkse Joden die in de Tweede Wereldoorlog zijn vermoord.
Na het luisteren naar een joods herdenkingsgebed liepen Willem-Alexander en Máxima in de brandende zon met onder anderen vertegenwoordigers van Oostenrijkse en Nederlandse Joodse gemeenschappen, herdenkingscentra en de Oostenrijkse Romagemeenschap door het monument. Ook Bondspresident Alexander van der Bellen liep mee. Er werd op verschillende punten stilgestaan waarbij de koning en koningin meer te horen kregen over het lot van deze mensen.
Joods gebruik
Met het steentje leggen gaf het koningspaar invulling aan een joods gebruik waarmee joden laten weten dat ze bij een graf of monument zijn geweest en de overledenen niet vergeten zijn.
Het staatsbezoek gaat maandagmiddag verder met een ontmoeting met de Weense burgemeester op het stadhuis en een rondleiding door het parlementsgebouw dat momenteel gerenoveerd wordt. Maandagavond wordt de eerste dag van het staatsbezoek afgesloten met een staatsbanket.
