Koning Willem-Alexander en koningin Máxima hebben donderdagmiddag in Tegelen een voorproefje gekregen op de Passiespelen, die vanaf begin juli weer in openluchttheater De Doolhof worden opgevoerd.
Het gaat om de vorig jaar vanwege de coronapandemie uitgestelde 21e editie, waarvoor Jan-Jaap Jansen en Ineke ter Heege een geheel gemoderniseerde en actuele tekst hebben geschreven onder het motto ‘Hem achterna’. Het Bijbelverhaal over de laatste dagen van het leven van Jezus blijft daarin weliswaar gehandhaafd, maar volgens de schrijvers worden nu “heel andere, hedendaagse accenten gelegd”.
Bij aankomst bekeek het koningspaar een korte repetitie van de veroordeling van Jezus door koning Herodes, waarna een gesprek volgde met regisseur Cees Rullens en een paar hoofdrolspelers, onder wie de vertolkers van Jezus, Judas en Maria Magdalena.
400 vrijwilligers
De koning was benieuwd hoe de acteurs het afgelopen jaar hadden overbrugd om nu weer aan de slag te kunnen. Vervolgens verplaatste de aandacht zich naar het artistieke team, met daarin choreograaf, componist en koordirigent, en daarna de mensen achter de schermen zoals de grimeur, een lid van de klusgroep en kostuumontwerpers.
Aan de productie wordt door 400 vrijwilligers gewerkt. Er zijn ook dit jaar overigens nog steeds beperkingen aan de uitvoering. Het aantal toeschouwers is noodgedwongen teruggeschroefd van 2400 per voorstelling naar 500, maar om toch nog voldoende publiek te trekken worden straks dagelijks twee opvoeringen gegeven. “Dat is best heftig, twee keer anderhalf uur kort achter elkaar.”
Het bezoek maakte deel uit van het streekbezoek dat het koningspaar donderdag brengt aan Noord-Limburg en waar ‘positieve gezondheid’ de rode draad vormt bij de rondgang langs Venlo, waartoe tegenwoordig ook Tegelen behoort, Bergen en Venray. De tussenstop in Tegelen was niet van tevoren aangekondigd om geen publiek te trekken voor de komst van de koning en koningin.
