HUIZEN – Prof. mr. Pieter van Vollenhoven zoekt een zwarte ooievaar met een ring om de poot met daarop het nummer T188. Van Vollenhoven fotografeerde het dier in de Veluwse bossen, maar heeft de in Duitsland geboren ooievaar daarna nooit meer gezien. Hij is benieuwd of de zwarte vogel nog in Nederland is.
Dat schrijft de echtgenoot van prinses Margriet in zijn oproep om zaterdag en zondag mee te doen met de jaarlijkse telling van overwinterende ooievaars van de Stichting Ooievaars, Research en Knowhow (STORK). Zo’n 500 ooievaars brengen de winter in Nederland door. De meeste van hun soortgenoten overwinteren in warmere streken.
Overwinterende ooievaars blijven in de buurt van hun nest zolang het niet zo koud is. Bij vorst en sneeuw maken de dieren het zich gemakkelijk. Dan strijken ze neer bij dierentuinen en ooievaarsstations, waar ze makkelijk aan voedsel kunnen komen. De laatste jaren is er volgens STORK een verschuiving te zien in de plekken waar de meeste ooievaars in de winter zitten.
