Het koningshuis doet het nu net zo goed als vier jaar geleden bij het aantreden van Willem-Alexander als koning. Dat blijkt uit een tweevoudige enquête die het Reformatorisch Dagblad in de aanloop naar Koningsdag en de vijftigste verjaardag van Willem-Alexander heeft gehouden onder de Nederlandse bevolking én de eigen gereformeerde lezers.
Zo zegt bijna zeven van de tien ondervraagden (68 procent) evenveel waardering te hebben voor het koningshuis als in 2013. Onder de bevolking als geheel laat 14 procent weten dat de waardering juist is afgenomen. In orthodox-kerkelijke kring is die afname veel groter: 25 procent. Dan gaat het vooral over zijn houding tegenover geloof en kerk, maar ook zijn optreden bij sportwedstrijden, aldus het RD.
Van de ondervraagden vindt 60 procent dat de koning het net zo goed doet als zijn moeder koningin Beatrix voor hem. Er is zelfs 22 procent die vindt dat hij het beter doet, zo blijkt uit het door Ipsos uitgevoerde onderzoek. Vooral ouderen vinden dat, terwijl jongeren juist Beatrix meer waarderen. Als rapportcijfer krijgt Willem-Alexander een 7,3. Als belangrijkste positieve punten worden genoemd zijn openheid, spontaniteit en gerichtheid op de samenleving.
Opmerkelijk: ruim driekwart van de ondervraagden uit de achterban van de krant (77 procent) meent dat de koning geen wetten zou moeten ondertekenen die in strijd zijn met de Bijbel. 12 procent vindt dat hij dat wel moet doen. Willem-Alexander heeft die keuze-vrijheid overigens niet, al zou hij kunnen weigeren en dan aftreden. In 2006 vond nog 90 procent van de lezers van het RD dat het staatshoofd niet zou moeten tekenen.