De Spaanse premier Pedro Sánchez is woensdag langsgegaan bij koning Felipe. In het Zarzuela Paleis legde hij de ambtseed af. De sociaaldemocraat komt aan het hoofd te staan van de eerste coalitieregering sinds het herstel van de democratie in de jaren zeventig. Hij won dinsdag een belangrijke vertrouwensstemming in het parlement.
Sánchez wil een linkse minderheidsregering vormen die bestaat uit zijn PSOE-partij en Unidas Podemos. Ingewijden zeggen dat de ministersploeg volgende week moet worden onthuld.
De sociaaldemocraat trad in juni 2018 aan als premier. Dat gebeurde nadat de conservatieve premier Mariano Rajoy was weggestemd met een motie van wantrouwen. Daarna volgde een periode van politieke instabiliteit. Spanjaarden gingen vorig jaar twee keer naar de stembus voor landelijke verkiezingen. De PSOE werd in beide gevallen de grootste partij, maar kreeg geen absolute meerderheid in parlement.
De Spaanse politiek is sinds de dood van dictator Francisco Franco tientallen jaren gedomineerd door twee partijen. Die situatie veranderde de afgelopen jaren door de opkomst van nieuwe partijen. De twee coalitiepartijen hebben samen 155 van de 350 zetels in het lagerhuis van het parlement, 21 te weinig voor een meerderheid.