Het Spaanse koningspaar heeft maandagavond de dochters Leonor en Sofia meegenomen naar de begrafenismis voor alle slachtoffers van de coronapandemie. Die plechtigheid werd gehouden in de Almudena-kathedraal in Madrid, de kerk tegenover het Koninklijk Paleis waar Felipe en Letizia in 2004 ook zijn getrouwd.
Het koninklijk gezelschap was gekleed in stemmig zwart, en alle vier droegen ze mondkapjes. Bij de mis ontbraken premier Pedro Sánchze en tweede vicepremier Pablo Iglesias, zo melden Spaanse media. De regering was vertegenwoordigd door eerste vicepremier Carmen Calvo. Over tien dagen is er een nationale, niet religieuze herdenking op het grote plein voor het paleis. Daar zal Sánchez wel aanwezig zijn, evenals het koningspaar.
Voor de kathedraal had zich een handvol fans van het koningshuis verzameld die de koninklijke familie met een ‘leve de koning’ begroetten. Bij de ingang stond kardinaal-aartsbisschop Carlos Osoro van Madrid klaar ter begroeting, al bleef dat vanwege de coronamaatregelen beperkt tot een knikje en in groet gevouwen handen. Osoro werd tijdens de plechtigheid geassisteerd door nog eens 32 collega-bisschoppen.
Bij de begrafenismis voor de meer dan 28.000 overledenen waren ook andere kerkgenootschappen en religies vertegenwoordigd. Daaronder de secretaris van de Islamitische Commissie van Spanje, de president van de Federatie van Joodse Gemeenschappen van Spanje, de president van de Spaanse evangelische kerk en verschillende orthodoxe kerken.
