Prins Harry heeft omstreden imago afgeschud

Vorsten

27/11/2017 10:43 am

De Britse prins Harry stond jarenlang bekend als de koninklijke belhamel, maar de laatste tijd behoort hij net als zijn broer William en diens vrouw Kate tot de favorieten van het Britse koninklijk huis. Zij vormen samen het menselijke gezicht van de royals. Harry schreef vorig jaar geschiedenis door zich openlijk uit te laten over de psychische problemen die hij heeft ondervonden door de dood van zijn moeder, prinses Diana.

De roodharige Harry (op 15 september 1984 geboren als Henry Charles Albert David) stond altijd al bekend als een vrijgevochten prins, voor wiens misstappen veel Britten wel een oogje wilden dichtknijpen. De meesten hebben nog altijd het beeld op hun netvlies van de toen twaalfjarige prins, die met gebogen hoofd achter de affuit met zijn moeders kist liep.

Harry is in veel opzichten de tegenpool van zijn oudere broer, van wie geen grotere jeugdzonde bekend is dan dat hij ooit met popzangeres Britney Spears heeft gemaild. Harry werd als zeventienjarige betrapt toen hij blowde en alcohol dronk, waarop prins Charles hem voor straf een dag naar een afkickcentrum stuurde om de verwoestende effecten van drugsgebruik te zien. Hij haalde in 2005 de voorpagina’s van de Britse tabloids omdat hij op een gekostumeerd feest was verschenen in nazi-uniform, compleet met Wehrmacht-insigne en een rode armband met swastika. Harry haastte zich te verontschuldigen en zijn vader liet hem het vernietigingskamp Auschwitz bezoeken.

Sandhurst

Na zijn opleiding aan de militaire academie van Sandhurst werd Harry twee keer als helikopterpiloot uitgezonden naar Afghanistan. Na zijn terugkeer bleef hij zich inzetten voor zijn oude kameraden. Hij is de bedenker van de Invictus Games, waar gewond geraakte militairen zich internationaal sportief meten met lotgenoten.

Harry is deels in de voetsporen van zijn moeder getreden. Hij werkte voor aidsprojecten in Lesotho en ook in Groot-Brittannië is hij betrokken bij mensen die besmet zijn met het hiv-virus en bij aids- en tuberculosepatiënten.