Koning Willem-Alexander beleeft deze week de eerste beëdiging van een geheel nieuw kabinet sinds hij in april 2013 de scepter overnam van zijn moeder koningin Beatrix. Hij zal haar echter niet speciaal om advies vragen voor de ceremonie. Dat was niet nodig, zo zei de koning twee weken geleden in Portugal. Hij had immers al aardig wat ervaring opgedaan met eed- of gelofte afleggingen van bewindslieden.
Zo stond begin deze maand Klaas Dijkhoff nog op de stoep van Villa Eikenhorst om tegenover de koning de eed af te leggen als minister van Defensie, als tijdelijk vervanger van de opgestapte Janine Hennis-Plasschaert. Dijkhoff kende de weg want in maart 2015 was hij ook al in Wassenaar geweest om de eed af te leggen als staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, als opvolger van Fred Teeven. Ook Ard van der Steur werd toen geïnstalleerd, als minister op hetzelfde departement.
De beëdiging van het nieuwe kabinet gebeurt niet op de Eikenhorst maar op paleis Noordeinde. Het ‘woonpaleis’ van de koning, Huis ten Bosch, wordt immers nog opgeknapt. De koning wist aan het begin van de zomer nog niet of de bordesscène aan de voor- of achterkant van het paleis zou worden gehouden. Aan de voorkant kan het publiek meekijken.