Tot grote verrassing van velen kondigde prinses Amalia aan na de zomer van start te gaan bij Defensity College, een opleiding voor studenten-reservisten. Amalia gaat dus in militaire training! Een opvallende keuze, want in tegenstelling tot toekomstig collega’s prinses Elisabeth van België, de Noorse prinses Ingrid Alexandra en prinses Leonor van Spanje hoeft ze geen training te krijgen.
Tekst: Rick Evers. Dit verhaal verscheen eerder in Vorsten 5 en is waar nodig aangepast aan de actualiteit.
Dienstplicht voor Willem-Alexander, niet voor Amalia
Net als ruim honderdduizend andere 17-jarige meisjes kreeg prinses Amalia in 2020 een brief van het Ministerie van Defensie. Amalia en haar leeftijdgenoten werd daarin te kennen gegeven dat ze zijn ingeschreven voor de militaire dienstplicht. De Prinses van Oranje maakt deel uit van de eerste jaargang waarbij niet alleen jongens die brief kregen. ‘Meiden en jongens in dit land hebben gelijke rechten en gelijke plichten’, liet de minister weten. Voor de troonopvolgster en haar leeftijdgenoten blijft het bij de brief, er wordt al sinds 1997 niemand meer opgeroepen. Amalia hóéft het leger dus niet in. Voor haar vader was dat een ander verhaal. Hij ging na de middelbare school in augustus 1985 naar het Koninklijk Instituut voor de Marine in Den Helder. In een interview met Ed van Westerloo vertelt hij daarover: ‘Als dienstplicht vond ik marine het meest interessant. Je kon natuurlijk in mijn geval nog iets voorstellen als een soort stage bij de drie onderdelen, wat bijvoorbeeld mijn Spaanse collega gedaan heeft, maar ik heb toch gekozen voor een volledige opleiding, van het begin af aan met dezelfde klas en daar tot het einde mee doorgaan.’ Als luitenant-ter-zee derde klasse sluit hij in januari 1987 zijn carrière bij de Marine Luchtvaartdienst af. Na zijn studie geschiedenis in Leiden pakt hij de militaire draad weer op met een verkorte opleiding bij de Koninklijke Landmacht en Luchtmacht. Een goed moment, met de gedachte dat het er later misschien niet meer van komt, mocht er onverhoopt wat gebeuren en hij de troon moet bestijgen. ‘Als je later als koning in uniform rondloopt, ook van de andere onderdelen, dan moet je er wel wat vanaf weten’, vindt Willem-Alexander als 26-jarige prins.

Een soort stage
Amalia’s voorganger stipt het al even aan, Willem-Alexanders Spaanse collega deed een soort stage bij de verscheidene krijgsmachtonderdelen. Felipes dochter Leonor volgt op dit moment eenzelfde programma. Per koninklijk besluit is geregeld dat de toekomstige koningin van Spanje een driejarige stoomcursus krijgt. In 2023 startte ze aan de Algemene Militaire Academie, ze is net terug van een reis per zeilschip door Zuid-Amerika als onderdeel van haar marine-opleiding en na de zomer gaat ze nog een jaar naar de luchtvaartacademie. Al meerdere malen heeft Leonor zich in militair uniform laten zien, onder meer bij nationale dagen en grote ceremonies. In Spanje is de militaire opleiding van een troonopvolger een staatsaangelegenheid: Leonors training vereist goedkeuring van de ministerraad. Dat is een groot verschil met de situatie in Nederland. Toen onder koning Willem II de Grondwet werd gewijzigd, leverde de Koning veel van zijn macht in, waaronder het opperbevel over de krijgsmacht. Niet dat tijdens zijn regering een militaire opleiding noodzakelijk was, integendeel. De koningen Willem I, II en III, de prinsen Hendrik en Bernhard; ze waren allemaal admiraal, maar de bijbehorende legeropleiding hadden ze geen van allen gevolgd. Ook al was het staatshoofd geen opperbevelhebber meer, de grondwet bleef spreken over de Koning als houder van het oppergezag over de krijgsmacht. Maar voortaan stond ‘de Koning’ voor ‘de regering’. Pas in 1983 ondertekende koningin Beatrix een wijziging waardoor het betreffende artikel werd geschrapt.

Koning als verbinder
Het oppergezag van het leger ligt in de praktijk bij de minister van Defensie en wordt uitgevoerd door de Commandant der Strijdkrachten. Als lid van de regering mogen de ministers en de monarch geen militair zijn. Daarom is Willem-Alexander voor zijn inhuldiging eervol ontslagen. Tot de troonswisseling had hij de rangen van commandeur in de Koninklijke Marine, brigadegeneraal in de Koninklijke Landmacht en commodore in de Koninklijke Luchtmacht. Symbolisch heeft hij nog wel de rol van aanvoerder van ’s lands troepen, maar meer als de vertegenwoordiger van het land en de Kroon, als persoon die Nederland bindt. De eed van trouw aan de Koning is nog altijd een militair ritueel. De band tussen de krijgsmacht en het Koninklijk Huis gaat terug naar Willem van Oranje als legeraanvoerder, en ook de koningen die als opperbevelhebber de troepen aanvoerden.

Erefunctie voor prinses Beatrix
Op een land als Jordanië na ligt de dagelijkse leiding van de krijgsmacht niet in koninklijke handen. Het zijn vooral erefuncties die de verscheidene royals in het leger vervullen. Met name in de Britse koninklijke familie is zo’n beetje ieder familielid wel erekolonel bij een regiment. Prins Bernhard bezat ook nog tal van zulke functies, maar dat is in Nederland in onbruik geraakt. Eén bijzondere erefunctie is er nog wel, die toegewezen is aan een afzonderlijk lid van het Koninklijk Huis. Prinses Beatrix is sinds haar jeugd schutsvrouwe van de Koninklijke Marechaussee, het ondergeschoven kindje van de strijdkrachten. Willem-Alexander droeg nooit een uniform van dit zelfstandige krijgsmachtdeel en deed er geen opleiding. Zoals prins Pieter-Christiaan tijdens zijn diensttijd ondervond: ‘De Marechaussee was echt not done, daar ging je niet naartoe als lid van de familie.’


Amalia’s kennismaking met defensie
Na haar 18de verjaardag werd prinses Amalia door de Commandant der Strijdkrachten uitgenodigd om kennis te maken met de Koninklijke Luchtmacht, Landmacht en Marine. Opvallend genoeg werd het vierde krijgsmachtonderdeel, de Koninklijke Marechaussee, ook nu weer overgeslagen. Vanaf vliegbasis Volkel vloog Amalia mee in een F-16 tijdens een trainingsvlucht, en bij de Marine mocht ze de Zr. Ms. Zeeleeuw besturen en boven water laten komen. Bij haar rondgang over de Den Helder, het schip dat ze kort daarvoor had gedoopt, kwam haar opgedane kennis van pas. Amalia ondervond ook hoe het is om te werken in een zwaar gepantserd voertuig, zoals de Leopard gevechtstank bij de 43 Gemechaniseerde Brigade van de Landmacht. Ze ontmoette daar ook militairen van het cavalerieregiment dat haar naam draagt: Regiment Huzaren Prinses Catharina-Amalia. In 2020 werd het met toestemming van koning Willem-Alexander ingesteld. Gelijktijdig kwamen er regimenten die de namen van Alexia en Ariane dragen. Het wellicht bekendste regiment dat naar een Oranje is vernoemd, is de voormalige Prinses Irene Brigade, officieel het Garderegiment Fuseliers Prinses Irene. Het ontstond in de Tweede Wereldoorlog, en werd vernoemd naar de op dat moment jongste prinses, wier naam ‘vrede’ betekent. Het oudste infanterieregiment van de landmacht is vernoemd naar de Friese stadhouder Johan Willem Friso, en bij de luchtmobiele brigade is er het Regiment Stoottroepen Prins Bernhard.

Verdiepen in de krijgsmacht
Drie dagen meedraaien maken van Amalia nog geen militair. Ze is onder haar internationale collega’s nu nog het minst militair onderlegd. Dat dat ook op latere leeftijd nog kan veranderen, blijkt in Zweden. Hoewel de huidige koning Carl Gustaf de hoogste rangen in de krijgsmachtonderdelen heeft, is ook hij geen opperbevelhebber. En toch hijst Amalia’s peettante Victoria (47) zich sinds afgelopen jaar met grote regelmaat in uniform. De kroonprinses volgde vorig jaar een basisopleiding bij het amfibieregiment, waarna ze begon aan een speciale officiersopleiding aan de Nationale Defensie Universiteit. ‘Mijn ambitie is nu om al mijn energie te steken in de opleiding van officieren, zodat ik in de toekomst Zweden en de krijgsmacht zo goed mogelijk kan vertegenwoordigen.’

Er bestaat geen opleiding tot staatshoofd; de voorbereiding op het koningschap is een lang proces, tot de dag waarvan je weet dat die zal komen aanbreekt. De tijd dat militairen trouw aan Amalia zullen zweren, ligt hopelijk nog ver in de toekomst. Toch heeft ze nu al besloten intensiever kennis te maken met defensie, naast haar bachelor Nederlands recht. In het programma van Defensity College worden studenten opgeleid tot militair reservist, met als studenten tijdens hun studie een bijbaan met inhoud te bieden en de zichtbaarheid en verbinding tussen krijgsmacht en samenleving te vergroten, aldus de Rijksvoorlichtingsdienst. Amalia kan nog niet alle fysieke onderdelen meteen volgen, omdat ze eerst moet herstellen van de breuk in haar arm die ze in juni opliep na de val van een paard. Maar: ‘ik kijk er ontzettend naar uit’, aldus de prinses.
