Prins Harry en zijn vrouw Meghan slaan de handen ineen met de Pakistaanse activiste Malala Yousafzai. De hertog en hertogin gaan met Malala in gesprek over het onderwijs voor jonge meisjes in coronatijd. Hun samenwerking, vanwege Wereldmeisjesdag, is zondag te zien op het YouTube-kanaal van de Pakistaanse.
In het videogesprek praten Harry en Meghan met Malala over de enorme impact die het coronavirus heeft op het onderwijs voor jonge meisjes. Onderzoek van haar organisatie Malala Fund wees uit dat 20 miljoen middelbare scholieren wellicht nooit meer terugkeren in het klaslokaal als de pandemie voorbij is.
Voor Meghan, die met Harry en zoontje Archie in Amerika woont sinds hun stap terug binnen het Britse koningshuis, is onderwijs voor meisjes al langer een onderwerp waar ze zich voor inzet. De hertogin sprak onder meer tijdens de Women Conference van de Verenigde Naties in 2015 over gendergelijkheid.
Malala werd in 2007 een symbool van verzet toen ze zich uitsprak tegen de Taliban en hun verbod op onderwijs voor meisjes. In 2012 overleefde ze als 15-jarige een aanslag op haar leven door de Taliban. Malala ontving in 2014 als jongste winnares ooit de Nobelprijs voor de Vrede. Een jaar eerder was ze de winnares van de Internationale Kindervredesprijs.
